Niemand komt naar mij.
Niemand maakt me blij.
Nooit een hand die streelt.
Nooit een mond die lacht.
Niemand komt naar mij.
Niemand maakt me blij.
Wie weet dat je leeft,
als niemand om je geeft.
Ik wil graag uitgaan.
En als anderen leven.
Maar ik ben bang in het gewoel.
Dan komt die angst en dat vreemd gevoel.
Niemand komt naar mij.
Niemand maakt me blij.
Wie weet dat je leeft,
als niemand om je geeft.
Ik wil een vrouw zijn,
die bij een man hoort.
Ik hoop maar steeds dat ik mijn naam,
opeens hoor fluisteren aan een raam.
Niemand komt naar mij.
Niemand maakt me blij.
Nooit een hand die streelt.
Nooit een mond die lacht.
Kom, kom toch bij mij.
Kom maak me nu blij.
kWeet hoe goed je leeft,
als iemand om je geeft.
Kom nu toch naar mij,
maak me jong en blij,
reik je hand die streelt,
kus mijn mond en lach…